Land: | | Postcode: | |
|
| Zoeken: |
Gemetselde poer vernieuwen of repareren door inboeten, gebintstijl aanscherven (tabel 22.16.778)
|
Excl. BTW | Incl. BTW | |||||||
Activiteit | Omschrijving | Bijzonderheid | Eenheid | Uren | Directe kosten | Indirecte kosten | Totaal | Eindtotaal |
Gemetselde poer repareren | Plaatselijk inboeten beschadigde stenen | Zonder aanscherven gebintstijl | stk | 7,85 | 547,96 | 663,03 | ||
Met aanscherven gebintstijl | stk | 16,55 | 1.257,54 | 1.521,63 | ||||
Gemetselde poer vernieuwen met 50% hergebruik stenen | Op betonvloer | Zonder aanscherven gebintstijl | stk | 17,95 | 1.159,53 | 1.403,03 | ||
Met aanscherven gebintstijl | stk | 26,30 | 1.805,26 | 2.184,36 | ||||
Op funderingsplaat, met storten plaat | Zonder aanscherven gebintstijl | stk | 25,70 | 1.709,90 | 2.068,98 | |||
Met aanscherven gebintstijl | stk | 34,05 | 2.355,64 | 2.850,32 |
Kosten De informatie is samengesteld met medewerking van onder meer Lakerveld ingenieurs- en architectuurbureau BV in Noordeloos en Klaas Boeder te Ede. De foto's zijn afkomstig van Lakerveld ingenieurs- en architectuurbureau BV te Noordeloos, Klaas Boeder te Ede en van Casadata met medewerking van het Nederlands Openluchtmuseum te Arnhem.
Uitgangspunt
Alle kosten in deze tabel met de onderliggende kostenberekeningen in de specificaties zijn gebaseerd op de omschrijving en uitgangspunten, die bij deze tabel staan. In de kostenberekeningen is uitgegaan van uitvoeringstijden voor de werkzaamheden en van de bruto prijzen voor de materialen en producten.
Bij het vernieuwen van de gemetselde poer is ervan uitgegaan dat 50% van de vrijgekomen stenen weer kan worden hergebruikt. Nieuw te leveren stenen in IJsselformaat.
Kosten exclusief
De kosten zijn exclusief stempelwerk, steigerwerk, materieelgebruik, transport, afkomende materialen en stort, het beschermen of afdekken van het omliggende en het documenteren van de bestaande situatie.
Classificaties en richtlijnen
Gemetselde poer vernieuwen of repareren door inboeten, gebintstijl aanscherven
2232 Metselwerk met mortel, kalkzandsteen met mortel (STABU hoofdstuk en paragraaf)
1614 Funderingsconstructies, voeten en balken, gevelwanden (Gebouwelement NL/SfB tabel 1)
1 Conserveren (Restauratiecode volgens restauratieladder)
2 Repareren (Restauratiecode volgens restauratieladder)
3a Vernieuwen door kopiëren (Restauratiecode volgens restauratieladder)
3b Vernieuwen door imiteren (Restauratiecode volgens restauratieladder)
3c Vernieuwen door verbeteren (Restauratiecode volgens restauratieladder)
URL 4003 Uitvoeringsrichtlijn Historisch metselwerk
Techniek en uitvoering
Conserveren (Restauratiecategorie 1 volgens restauratieladder)
Bij conserveren (passieve conservering) zijn de maatregelen gericht op het remmen van verval, zoals het verwijderen van oppervlakkige vervuiling, mos of algen waar deze kunnen leiden tot versnelde erosie, het dichten van kleine scheuren om inwatering te verminderen, zeer plaatselijk individuele baksteen vervangen om de waterhuishouding op de gevel te herstellen.
Repareren (Restauratiecategorie 2 volgens restauratieladder)
Bij repareren (actieve conservering) gaat het om het herstellen van schade (zoals het plaatselijk verwijderen en opnieuw aanbrengen van individuele (bak)stenen en beperkte hoeveelheid metselwerk, inboeten.
Vernieuwen (Restauratiecategorie 3 volgens restauratieladder)
Bij het vernieuwen gaat het om het vervangen van een bestaand historisch onderdeel door een nieuw vervaardigd onderdeel in een oude vorm. Vernieuwen kan door kopiëren, imiteren of reconstrueren of door verbeteren.
Kopiëren betreft het aanvullend of vervangend aanbrengen van metselwerk in het oorspronkelijke verband en voegtype, met dezelfde materialen en technieken als in het oorspronkelijke werk.
Imiteren of reconstrueren betreft het aanvullend of vervangend aanbrengen van metselwerk in het oorspronkelijke metselverband en voegtype, waarbij wordt afgeweken van toegepaste materialen en technieken in het oorspronkelijke werk. Dit bijvoorbeeld aan de hand van elders uitgevoerd metselwerk (imiteren) of op basis van (archief)gegevens (reconstrueren).
Bij verbeteren blijft het beeld zo veel mogelijk gehandhaafd, maar worden aanvullende eigenschappen toegevoegd, zoals een verbeterde vochthuishouding/afwatering of thermische isolatie.
Vervangen
Bij het vervangen verwijdert men het historisch totaal aangetast onderdeel dat niet meer te conserveren, te repareren of opnieuw te gebruiken is en brengt men een nieuw gelijk(soortig) materiaal aan.
Historisch metselwerk
Historisch metselwerk betreft metselwerk aan cultuurhistorisch waardevolle objecten alsmede specifieke gemetselde constructies, zoals het metselen van gewelven en bogen of het metselen aan het staande werk van molens.
Materiaaltechnisch kan historisch metselwerk afwijken van nieuw metselwerk. Ook vanwege de cultuurhistorische betekenis van het materiaal en de verschijningsvorm geldt er bij de restauratie van historisch metselwerk een wezenlijk andere benadering dan bij renovatie van modern metselwerk.
Gemetselde poer vernieuwen
Bij het in stand houden van bijvoorbeeld boerderijen staan dikwijls houten draagconstructies op gemetselde poeren, waarbij de onderzijden van de gebintstijlen zijn ingerot of uitgehold.
Vaak wordt de stijl aangescherfd met een nieuw stuk stijl en wordt de poer ook opnieuw opgemetseld op een nieuwe fundering (paal, betonplaat, plaatselijke verzwaring betonvloer, e.d.).
De poer wordt dan vanaf de nieuwe fundering opgemetseld tot enkele lagen boven de vloer overeenkomstig de oorspronkelijke situatie.
Voor de versnijding per laag kan men de helft van een klezoor als maat aanhouden, meestal zo’n 25 mm.
Tussen de nieuwe poer en de aangescherfde gebintstijl moet men wel een eiken gebintstijlvoetplaat aanbrengen om zoveel mogelijk optrekkend vocht vanuit de poer naar de gebintstijl tegen te gaan. De gebintstijlvoetplaat wordt ook wel peulhout genoemd.
De breedte van de gebintstijlvoetplaat is veelal de breedte van de gebintstijl + 50 mm en de dikte is circa 50 mm.
Van oudsher staan de gebintstijlen los op de poer. Tegenwoordig worden ze meestal aan de poer gekoppeld. Voor het verankeren van de gebintstijl aan de poer en fundering kan men een thermisch verzinkte stalen strip van 5 x 50 mm inmetselen in de poer en deze koppelen aan de fundering en de gebintstijl. Deze strip kan men verdiept met gesmede nagels in de gebintstijl vastzetten.
Het nieuw aangescherfde stuk gebintstijl moet men na plaatsing in model brengen. De vorm van het nieuwe stuk gebintstijl wordt aangepast aan de vorm van het nog authentieke deel van de gebintstijl. Hiervoor kan men een haalmes, dissel, kap-/beslagbijl e.d. gebruiken.
Bovenstaande omschrijving is afhankelijk van de aangetroffen situatie en kan men desgewenst aanpassen.
Poer repareren door plaatselijk inboeten van beschadigde stenen
Als de poeren niet verzakt zijn en niet aangepast moeten worden (bijvoorbeeld als gevolg van het verhogen van de vloer) kan men ook alleen beschadigde stenen plaatselijk inboeten.
In de praktijk komt dit niet veel voor omdat men vaak toch al de halve poer moet inboeten.
Gebintstijl aanscherven
Men kan op verschillende manieren gebintstijlen aanscherven.
Het belangrijkste aandachtspunt bij het aanscherven is het voorkomen van afschuiven. Dit bereikt men door de aansluiting uit te voeren als een schuine las, waarbij men tussen de aan te scherven delen een vierkanten eiken klos van circa 75 mm aanbrengt.
Vervolgens de las versterken met RVS draadeinden van 16 mm doorsnede met volgplaten en moeren, bij voorkeur vierkante platen en vierkante moeren. De volgplaten met moeren moet men verdiept aanbrengen om afschuiven en letsel aan mens en dier te voorkomen.
Meer informatie
Zie voor meer informatie bij de stichting ERM voor de Uitvoeringsrichtlijn 4003 Historisch metselwerk, bij de website Restauratiebestek.nl en bij Monumententoezicht.nl.
Aandachtspunten
Bij sloopwerkzaamheden aan gemetselde funderingen moet men zorgvuldig te werk gaan om zoveel mogelijk authentiek materiaal te kunnen hergebruiken.
Bij inpandige graafwerkzaamheden is het raadzaam om de grond zoveel mogelijk ongeroerd te laten. Ook onder de aanlegdiepte van een nieuw aan te brengen betonplaat de grond ongeroerd laten.
Van het bestaande en het nieuwe metselwerk moeten de hardheid en porositeit met elkaar overeenkomen. Dus bijvoorbeeld geen specie met uitsluitend cement toepassen.
Ook geen stenen gebruiken die verontreinigd zijn door roet, zouten, verfresten, teer of een hydrofobeermiddel.
Om de technische eenheid van het metselwerk te waarborgen moet men het metselverband handhaven, zowel in de breedte, de hoogte en de diepte.
De stenen in het geheel vervangen, dus geen beklampingen toepassen.
Voor het aanbrengen van een voegmortel moet men altijd ter controle daarvan een monster beoordelen.
Planningsaspecten
Voor de aankoop van oude restauratiestenen moet men rekening houden met het aanbod van restauratiestenen. Deze zijn vaak niet voorhanden en er is dus tijd nodig om een juiste bijpassende steen te vinden.
Onderhoudsbehoefte
* Eenmaal per 5 jaar bij een stalsituatie controleren op loszittend en uitvallend voegwerk.
* Eenmaal per 10 jaar bij een woonhuissituatie, waarbij de poer in verbinding staat met het water, controleren op loszittend en uitvallend voegwerk.
* Eenmaal per 20 jaar bij een woonhuissituatie, waarbij de poer op een nieuwe betonvloer staat, controleren op loszittend en uitvallend voegwerk.
Samenstelling gegevens
Disclaimer
Iedereen mag deze informatie raadplegen, afdrukken en gebruiken.
Casadata cv en de informatieverstrekkers stellen de informatie naar beste weten en kunnen zo zorgvuldig mogelijk samen. Casadata cv adviseert iedereen nadrukkelijk om niet uitsluitend deze informatie te gebruiken, maar deze altijd in samenhang met andere informatie te controleren. Casadata cv en de informatieverstrekkers aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele schade, die het gevolg is van handelingen of beslissingen, die voortkomen of gebaseerd zijn op door Casadata cv verstrekte informatie.